Voor wie het onderwerp wat gevolgd heeft in de media, zal het wellicht niet als een verrassing komen dat ik heel wat voordelen zie in het idee. Vooral naar de werknemer toe en met het oog op de algehele optimalisatie van preventie. Zowel op administratief vlak als richting de werkgever is de situatie echter wat minder helder.
Laat ons beginnen bij de werknemers. Als zij ziek worden tijdens hun verlof, is dat inderdaad soms ‘uitgestelde’ ziekte van tijdens de werktijd. De belangrijkste reden voor die timing is dat we vatbaarder zijn voor ziekte wanneer we rust nemen. Tijdens het werk staan we onder stress en dat wakkert ons immuunsysteem aan. Maar dat kunnen we niet eindeloos, en dus komen de gevolgen pas als we vakantie nemen. Daarbovenop komt dat je tijdens je vakantie een andere levensstijl aanneemt: vaak gaat die gepaard met meer alcohol, later gaan slapen, …Ook dat soort zaken kan een sluimerende ziekte het finale duwtje geven.
Soms zelfs veroorzaakt door het werk
Dat fenomeen is al lang bekend. We weten zelfs dat sommige mensen bijna nooit ziek worden op het werk, maar wel vaak op vakantie en in het weekend. Die vrijetijdsziekte noem ik het ‘omgekeerde Kortjakje’-syndroom. Voor die gevallen, en vooral als de ziekte is veroorzaakt door het werk, lijkt het fair dat die dagen als ziektedagen tellen.
‘Voor werknemers die er gevoelig voor zijn, kan het ‘omgekeerde Kortjakje’-syndroom een vicieuze cirkel worden. Daar zou Dermagne’s wet een oplossing voor bieden’
Maar ook als het géén uitgestelde ziekte is, is het niet onlogisch dat voldoende kan worden ‘gerecupereerd’: het doel van vakantie is immers dat je ontspant. Maar vechtend tegen een zware griep zit dat er niet in, en dan kom je uitgeput terug op het werk in plaats van uitgerust. Zeker voor werknemers die gevoelig zijn voor het ‘omgekeerde Kortjakje’-syndroom kan dat een vicieuze cirkel worden: hun immuunsysteem houdt hen dan wel recht tijdens het werk, maar tijdens het verlof komen de opgestapelde klachten weer naar boven. Daar zou deze wet dus zeker een oplossing voor bieden.
Wat met de werkgever?
Wat ons meteen bij het gevoeligste thema brengt: gaat de nieuwe wetgeving de werkgever niet opzadelen met de extra kosten van gewaarborgd loon (zie kadertekst) en allerhande operationele, administratieve en werkdrukissues? Daar moet zeker aandacht voor zijn. Maar langs de andere kant: op de lange termijn is hoog werknemerswelzijn ook voor de werkgever de beste garantie op continuïteit en retentie. Vanuit rationeel preventieoogpunt heeft het voorstel dus ook voor hen zeker voordelen.
Ik denk bovendien niet dat werkgevers moeten vrezen dat werknemers massaal van de wet gaan gebruik maken. Zeker niet onrechtmatig: de overgrote meerderheid zal het niet voor elk kwaaltje of dipje inroepen. Ik verwacht ook niet dat alle werknemers die in het midden van een lang verlof twee dagen écht out zijn, dat plotseling aan hun werkgever gaan melden om die ziektedagen te kunnen recupereren. Net zoals bij eerdere discussies over het afschaffen van het ziektebriefje – waar ook ik destijds voor heb gepleit – mogen we gerust vertrouwen hebben in het inschattingsvermogen en de redelijkheid van de overgrote meerderheid van de mensen.
‘Deze en andere discussies zouden veel minder scherp worden gevoerd als we zouden afstappen van het binaire denken rond ziekte.’
Overigens, zowel de huidige discussie rond vakantieziektedagen als de vorige rond het ziektebriefje zou al veel minder scherp moeten gevoerd worden als we eindelijk zouden afstappen van het binaire denken rond ziekte. ‘Als je ziek bent, kun je niet gaan werken en als je gezond bent, kan dat wel’, daar moeten we echt vanaf. Er zijn veel tussenvormen en het telewerk heeft het ook perfect mogelijk gemaakt om te werken zonder collega’s te besmetten. Goede afspraken op bedrijfsniveau en een flexibele instelling, open communicatie en vertrouwen in beide richtingen zijn sterker dan gelijk welke stok achter de deur.
Motor voor betere preventie
Veranderingen scheppen ook opportuniteiten, en het overzetten van ziekteverlofdagen gaat ons een veel beter zicht geven op hoe verspreid het ‘omgekeerde Kortjakje’-syndroom precies is. En hoe beter we het probleem kennen, hoe beter we er algemeen preventiebeleid rond kunnen voeren. Meer nog: bij mensen die er regelmatig last van hebben kunnen we ook beter aan individuele preventie doen. Als iemand zich vaak ziek meldt tijdens de vakantie, kunnen we op basis van die wetenschap op zoek gaan naar oorzaken. Zit de work/life-balance misschien niet goed? Of is de stress te hoog? Dan zijn dat misschien tekenen van een aankomende burn-out of een ander probleem dat we dankzij die informatie kunnen voorkomen.
‘Als de werkgever zich vragen stelt bij herhaalde vakantieziektes, dan zal onder andere de bedrijfsarts hier meer vragen over krijgen.’
Uiteraard zou de wet ook een nieuwe realiteit creëren voor onder andere huisartsen, controleartsen (zie kadertekst) en arbeidsartsen zijn er op dat vlak nog veel kanten af te vijlen. Wat bijvoorbeeld als de werkgever zich vragen stelt bij herhaalde vakantieziektes? Dan zal de controlearts of bedrijfsarts hier meer vragen rond krijgen. En op welke manier gaan we kunnen controleren of iemand in het buitenland effectief ziek is? De vraag is ook hoe buitenlandse artsen zullen omgaan met de vraag om een ziekteattest te schrijven als zoiets in hun land helemaal niet bestaat, zoals in Nederland.
Kortom, veel voordelen maar ook nog veel openstaande vragen waar de bevoegde overheden zich best nog grondig over buigen.
Auteur
Prof dr Lode Godderis, CEO van externe preventiedienst IDEWE en hoogleraar Arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven.
Contact: lode.godderis@idewe.be
Ziekte-attesten in België: in een notendopDe behandelende arts, meestal huisarts, attesteert afwezigheden, zelfs van korte duur zoals bij een griepaal syndroom, enkel luxatie, gastro-enteritis. De wet van 30 oktober 2022 voert een vrijstelling in van de verplichting om een medisch attest voor te leggen voor de eerste dag van arbeidsongeschiktheid, en dit tot drie keer per kalenderjaar. In een eerste periode van afwezigheid door ziekte, meestal een maand, is er loondoorbetaling door de werkgever, in België noemen we dat ‘periode van gewaarborgd inkomen’. De controle-arts kan door de werkgever gevraagd worden tijdens de periode van gewaarborgd inkomen de rechtmatigheid van de afwezigheid te controleren. De controle-arts brengt meestal een huisbezoek en controleert of de medewerker thuis en daadwerkelijke ziek is. De arbeidsarts heeft vooral een preventieve opdracht om uitval te voorkomen, daarnaast speelt de arts een cruciale rol in de begeleiding van uitgevallen werknemers bij ter terugkeer naar werk. De arts doet voorstellen om de terugkeer naar het werk te bevorderen en herval te vermijden. Zo kan er bijvoorbeeld geadviseerd worden om deeltijds te hervatten, de werkpost aan te passen of de werknemer (tijdelijk) te muteren naar een andere functie. |