Criterium
Met een stelsel voor arbeidsongeschiktheid wil de overheid de gevolgen van ziekte voor participatie en autonomie van getroffenen verzachten. Onderdeel van zo’n stelsel is de inkomensondersteuning die kan worden gegeven aan mensen die daar volgens een criterium voor in aanmerking komen. Een criterium beschrijft het niet kunnen verdienen door ziekte of gebrek. Het kiezen van een criterium begint met de vraag wat de overheid aan inkomen bij chronisch ziek zijn wil garanderen voor welke doelgroep. Vervolgens is de vraag welke nadere voorwaarden de overheid wil stellen wat betreft oorzaak (bedrijfsongeval etc.), mate (alleen volledig of niet of gradaties), minimale duur van bestaan van de beperkingen en relatie met re-integratie (voorwaarde om beoordeeld te worden of niet), zie tabel 1. Op deze tweede vraag naar de nadere voorwaarden gaan we in dit artikel niet in.
Tabel 1: Voorbeelden van voorwaarden voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering ingedeeld naar vóór de beoordeling, de beoordeling op het criterium en na het voldoen aan het criterium.
Intreevoorwaarden
|
Criterium arbeidsongeschiktheid
|
Uitkeringsvoorwaarden
|
---|---|---|
• Ingezetene land zijn
• Werkende zijn in land
• Afbakening leeftijd
• Periode van verzekerd zijn
• Premiebetaling
• Hoeveelheid ‘inleg’
• Wachttijd
• Gedane inspanningen voor re-integratie
|
• Mate van niet in staat zijn te verdienen
• Ongezondheid
• Werk waaraan wordt gerefereerd
• Verwachte duurzaamheid van de ongeschiktheid
• Oorzaak
|
• Hoogte (minimaal en maximaal) en duur
• Relatie van de uitkeringshoogte met eerder inkomen
• Relatie met werkhervatting
• Vatbaarheid voor herbeoordeling
• Medewerkingsplicht
|
Of iemand echt door ziekte of gebrek niet kan verdienen, kun je niet meten. Derhalve wordt dat beoordeeld, veelal in theorie. Voor ziekte of gebrek kunnen verschillende afgeleide aspecten worden genomen (ziektebeeld, stoornissen, beperkingen in functioneren). Voor verdienen kunnen ook verschillende aspecten worden genomen (activiteiten, werk, verdienen conform eerder of bijvoorbeeld het minimumloon). Op basis van die afgeleide aspecten vonden we vijf typen criteria (zie tabel 2): 1. geschiktheid eigen werk, 2. verlies verdiencapaciteit, 3. verdiencapaciteit, 4. arbeidsvermogen, 5. stoornissen.
Tabel 2: Voorbeelden van bestaande criteria voor arbeidsongeschiktheid.
Type
|
Voorbeeld
|
Vaststellen
|
Relatie met werk
|
Gradatie
|
Duur uitkering
|
Wachttijd
|
---|---|---|---|---|---|---|
1. Geschiktheid eigen werk
|
Ziektewet (tot 1996: WULBZ): niet in staat de bedongen arbeid te verrichten
|
Stoornissen en beperkingen door de verzekeringsarts
|
Direct met eigen werk zoals dat werd uitgevoerd
|
Volledig geschikt of niet geschikt
|
Maximaal 52 weken
|
Geen
|
Loondoorbetaling (in Burgerlijk Wetboek)
|
Stoornissen en beperkingen door de bedrijfsarts
|
Direct: eigen werk kan worden aangepast
|
Gradatie mogelijk
|
Maximaal 104 weken
|
Geen
|
|
Privaatverzekering beroepsongeschiktheid
|
Stoornissen en beperkingen door medisch adviseur
|
Direct met eigen werk zoals dat werd uitgevoerd
|
Afh. van contract
|
Afh. van contract
|
Afh. van contract
|
|
2. Verlies verdiencapaciteit
|
WIA Verlies verdiencapaciteit
|
Stoornissen en beperkingen door de verzekeringsarts in FML
|
Indirect: AD selecteert 3×3 passende functies uit CBBS
|
Klassen van verlies t.o.v. maatmanloon
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
104 weken met verplichting inspanning re-integratie
|
Zwitserland IV Verlies verdiencapaciteit
|
Stoornissen en beperkingen door de verzekeringsarts
|
Indirect: casemanager wijst op passende functies en inkomsten
|
Gradatie mogelijk
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Variabel, afh. van resultaat re-integratie
|
|
3. Verdiencapaciteit
|
Indicatie Banen Afspraak (IBA) Verdiencapaciteit
|
Stoornissen en beperkingen door de verzekeringsarts
|
Indirect: 15 drempelfuncties, door AD; inkomsten minimumniveau
|
Kan regulier werk doen of niet
|
N.v.t.
|
N.v.t.
|
4. Arbeidsvermogen
|
Wajong arbeidsparticipatie (in de praktijk arbeidsvermogen)
|
Stoornissen en beperkingen door de verzekeringsarts
|
Indirect: AD en VA ongeschiktheid voor 1 van 4 taken leidt tot geheel ao
|
Volledig ongeschikt of niet
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Ingaande 18e levensjaar geen
|
VK Work capacity assessment arbeidsvermogen
|
Stoornissen en beperkingen onder verantwoordelijkheid arts DWP
|
Indirect: Arts bevestigt bestaan van beperkingen die werk onmogelijk maken
|
Volledig geschikt of niet geschikt
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Plm. 28 weken
|
|
VS SSDI arbeidsvermogen
|
Stoornissen en beperkingen door adjudicator onder verantwoordelijkheid van een arts van de SSA
|
Indirect: adjudicator relateert de stoornissen en beperkingen aan Substantial Gainful Activity
|
Volledig geschikt of niet geschikt
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
52 weken of vooruitzicht spoedig overlijden
|
|
Frankrijk Capacité de gain (in praktijk arbeidsvermogen)
|
Stoornissen en beperkingen door of onder verantwoordelijkheid van de verzekeringsarts
|
Indirect: Arts schat in of de beperkingen werk in loondienst onmogelijk maken
|
Volledig geschikt of niet geschikt
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Variabel, afh. van resultaat re-integratie, max 3 jaar
|
|
Duitsland Erwerbsunfähigkeit (in praktijk arbeidsvermogen)
|
Stoornissen en beperkingen door de arts DRV
|
Indirect: arts schat hoeveel uur iemand in passend (licht) werk kan werken
|
Drie graden: <3 uur, >3 en <6 uur >6 uur
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
78 weken, rehabilitatie prevaleert
|
|
5. Stoornissen
|
Privaat schalen letselschade, bv AMA Guides
|
Stoornissen en hun ernst door medisch adviseur
|
Indirect: Invaliditeit (wordt m.i. in NL niet gebruikt in ao)
|
Gradatie mogelijk
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Geen
|
Tsjechië: barema
|
Stoornissen en hun ernst door verzekeringsarts
|
Indirect: VA bepaalt % per stoornis
|
3 klassen
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
Variabel, afh. van resultaat re-integratie
|
|
VS. Listings SSA
|
Ziektebeelden en ernst van de stoornissen onder verantwoordelijkheid arts SSA
|
Indirect: Selectie van ziektebeelden = geheel ao
|
Volledig ongeschikt of niet
|
Onbegrensd maar met herbeoordeling
|
52 weken of vooruitzicht spoedig overlijden
|
1.
2. Verlies van verdiencapaciteit betreft het verschil tussen de eerdere verdiensten en de verdiensten die iemand in theorie kan hebben in werk dat passend is gezien opleiding en beperkingen. Nederlands voorbeeld is de WIA-beoordeling waarin de arbeidsdeskundige op basis van de functionele mogelijkhedenlijst (FML) in het claimbeoordelings- en borgingssysteem (CBBS) passende functies zoekt en het salaris dat erbij hoort. Het eventuele verschil met het oude salaris bepaalt het verlies van verdiencapaciteit en daarmee de mate van arbeidsongeschiktheid. De Zwitserse Invalidenrente is vergelijkbaar met de WIA: de casemanager zoekt handmatig functies die passend zouden kunnen zijn volgens het medische rapport, en het salaris dat erbij hoort.
3. Verdiencapaciteit betreft het vermogen om werk te doen en daarmee inkomen te verdienen. Komt dat boven een bepaalde drempel dan wordt iemand niet arbeidsongeschikt geacht. Nederlands voorbeeld is de Indicatie Banenafspraak (in het deel van de theoretische beoordeling) waarin de arbeidsdeskundige op basis van de rapportage van de verzekeringsarts binnen 15 drempelfuncties (niveau WML) zoekt welke passend zijn. Als er één wordt gevonden, wordt verdiencapaciteit aangenomen en dus geen arbeidsongeschiktheid.
4. Arbeidsvermogen betreft het vermogen om activiteiten uit te voeren in een arbeidsomgeving. Arbeidsongeschiktheid is dan de mate waarin iemand geen activiteiten kan uitvoeren in een arbeidsomgeving. Voor de Nederlandse Wajong geldt dat als iemand minstens 1 van 4 zeer basale aspecten van werk niet kan uitvoeren volledige arbeidsongeschiktheid wordt aangenomen. Die aspecten zijn: een taak kunnen uitvoeren in een arbeidsorganisatie, basale werknemersvaardigheden hebben, minstens 1 uur aaneengesloten kunnen werken, minstens 4 uur per dag belastbaar zijn. In de Britse Work Capacity Assessment geldt dat als iemand in 17 (minder basale) aspecten van werk onvoldoende vermogen heeft, volledige arbeidsongeschiktheid wordt aangenomen. Aspecten zijn bijvoorbeeld: mobiliteit, staan en zitten, zich kunnen uitdrukken, leren, besef van gevaar, enzovoort.
5. Stoornissen volgens lijsten (barema’s). Hierbij wordt aan een lichamelijk of geestelijk lijden een waarde toegekend (meestal een percentage dat de relevantie van het aspect voor werk uitdrukt. En meestal met een range, afhankelijk van de ernst van de stoornis). De som van de percentages bepaalt direct of indirect (door verrekening ten opzichte van het theoretische maximum) het percentage van de arbeidsongeschiktheid. In Nederland wordt deze methode niet gehanteerd in de sociale verzekering. Wel bijvoorbeeld in de letselschade met behulp van de ‘AMA-Guides to the Evaluation of Permanent Impairment’. In Oost-Europese landen wordt dit criterium ook wel gebruikt voor langdurige arbeidsongeschiktheid. In de Verenigde Staten worden lijsten van ziektebeelden in combinatie met de ernst van stoornissen (listings) gebruikt voor directe toekenning van uitkering.
Onrecht wordt bijvoorbeeld ervaren:
-
als het verschil tussen theoretische verdiencapaciteit en feitelijke verdiensten te groot is;
-
als er geen enkele relatie is tussen de ziekte en het wel of niet kunnen werken: bijvoorbeeld bij het gebruik van lijsten;
-
als het vaststellen van arbeidsvermogen niet gekoppeld is aan een reële mogelijkheid om te verdienen;
-
als ziekte leidt tot groot verlies van inkomen, maar niet tot recht op een uitkering;
-
als er sprake is van een beroepsziekte maar er geen compensatie voor is.
Beoordeling
Verandering van criterium?
Referenties
1. OCTAS. Beoordeling van het arbeidsongeschiktheidsstelsel. Den Haag 2023.
2. Petter D, Van Vilsteren M. Inzicht in arbeidsongeschiktheidsstelsels. UWV Amsterdam 2023.
3. Sören Brage, Annette de Wind, Francois Latil, Nerys Williams. Task support, delegation, and shifting in social security assessments in Europe. EUMASS 2019.
4. Procesoptimalisatie WIA-claimbeoordeling. Rapport EY 2023.
5. Teulings AWM, van der Veen RJ, Trommel WA. Dilemma’s van sociale zekerheid. Een analyse van 10 jaar herziening van het stelsel van sociale zekerheid. VUGA 1997.
6. Marloes Lammers, Emma Klaasse, Menno de Vries. Evaluatie sociaal-medische centra. UWV Amsterdam 2023.
7. CNV, FNV, VCP. Witboek, Hardheden in de WIA, 2022.