Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Overheid gaat handhaven op schijnzelfstandigheid

Diederik Wieman
Het vorige kabinet heeft besloten dat er vanaf 1 januari 2025 weer gehandhaafd gaat worden op de in 2016 ingevoerde wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelaties). Er is daardoor veel onrust ontstaan onder zelfstandigen zonder personeel, met name in de medische beroepsgroepen. Want gaan opdrachtgevers stoppen met het geven van werk aan zelfstandigen?

Uit cijfers van het CBS blijkt dat Nederland eind vorig jaar 2,46 miljoen ondernemers telde. En er komen maandelijks 20.000 ondernemers bij, dus dit jaar bereiken we de 2,5 miljoen ondernemers. In 10 jaar tijd is het aantal ondernemers met 1 miljoen toegenomen. De inschatting van de overheid is dat hier minimaal 200.000 schijnzelfstandigen bijzitten.

Ook zijn er ondernemers die daarnaast nog werken in een dienstverband. Schijnzelfstandigheid houdt in dat iemand een arbeidsrelatie als zelfstandige aangaat terwijl er volgens het arbeidsrecht sprake is van een dienstverband. Dit is het geval wanneer de werkgever opdrachten geeft en de werkinhoud bepaalt. Er is dan sprake van een gezagsverhouding. Daarnaast moet de arbeid persoonlijk uitgevoerd worden en krijgt de werkende een vaste beloning voor het uitgevoerde werk.

Het tegengaan van schijnzelfstandigheid is noodzakelijk omdat er nu sprake is van oneerlijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden tussen zelfstandigen en werknemers. Daarnaast betalen schijnzelfstandigen niet mee aan de werknemersverzekeringen, waardoor de sociale zekerheidslasten niet meer eerlijk worden verdeeld. ‘Dat schijnzelfstandigheid een halt wordt toegeroepen, is goed, want het is doorgeslagen’, zegt Erik van Dam, adviseur bij VvAA, de belangenvereniging van medische professionals. De handhaving per januari komt volgens hem echter te vroeg omdat er wettelijk gezien nog geen duidelijkheid is wanneer iemand wel of niet als zelfstandige werkt.

Het zal nog wel minstens twee jaar duren voordat de VBAR wet is geworden. Toch gaat de Belastingdienst op basis van de huidige inzichten uit de rechtspraak vanaf 1 januari 2025 controles verrichten. Zolang de werkende geen inhoudelijke en organisatorische aansturing krijgt, dan is er geen zorg en kan de opdracht gewoon doorlopen. Is er wel een inhoudelijke of organisatorische aansturing, dan zullen opdrachtgevers kritischer worden op de inhuur van zelfstandigen. Ze hebben angst voor sancties waarbij de Belastingdienst met terugwerkende kracht loonheffingen kan opleggen.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.