Van taakdelegatie naar taakherschikking | Werknemers met een WIA(-verleden) moeten de kans krijgen terug te keren op de arbeidsmarkt | Ziek, maar toch op de zaak |Preventief advies bij werkgebonden slaapritmeproblematiek |Professionalisering loopt als rode draad door 50 jaar NVVG
Vergrijzing en duurzame inzetbaarheid zijn steeds belangrijker thema’s, zeker als het gaat om de beschikbaarheid van voldoende dokters.
In dit artikel wordt beschreven hoe vaak presenteïsme – naar het werk gaan ondanks de aanwezigheid van ziekte – voorkomt onder hoogopgeleide zelfstandigen met een arbeidsongeschiktheidsverzekering en welke factoren een rol spelen bij presenteïsme. 2130 zelfstandigen vulden de vragenlijst in. Er was sprake van presenteïsme als een persoon de afgelopen 12 maanden 2 keer of vaker naar het werk was gegaan terwijl deze op basis van zijn of haar gezondheid eigenlijk thuis had moeten blijven. In totaal kwam presenteïsme bij 28,5% van de zelfstandigen voor. Presenteïsme kwam significant vaker voor bij vrouwen, in specifieke beroepsgroepen (tandheelkundige beroepen, fysiotherapeuten en zakelijk professionals), bij meer dan 50 uur per week werken, en werken in onregelmatige diensten. In de leeftijdsklasse 55 jaar en ouder en bij een betere gezondheidstoestand (zowel lichamelijk als mentaal) kwam presenteïsme minder vaak voor.
Een medewerker heeft zelf een afspraak gemaakt voor het preventieve spreekuur. Ik heb hem nooit eerder gesproken, ook niet wegens verzuim. De medewerker vertelt dat hij tussen 4-5 uur in de ochtend moet opstaan, 1 tot 2 uur moet reizen met de auto en om 6.30 start met zijn werk. Zijn werkdag eindigt vroeg in de middag. Hij doet dit een werkweek achtereen, vervolgens heeft hij een werkweek waarbij hij tijdens kantooruren werkt, vanaf 9 uur met een reistijd van een 0,5-1 uur. Dus er is sprake van een wekelijks wisselend ritme.
Het beoordelen van causaliteit tussen arbeidsongeschiktheid en zwangerschap en bevalling is een van de beoordelingen binnen het verzekeringsgeneeskundig vakgebied. Bij deze beoordeling speelt naast de vraag of er sprake is van ongeschiktheid voor het laatst verrichte werk, de vraag of deze het rechtstreeks gevolg is van de zwangerschap en bevalling. Om deze vraag in onze casus goed te kunnen beantwoorden is nader literatuuronderzoek verricht.
Het behouden van gezondheid en duurzame inzetbaarheid van werknemers in praktische beroepen – meestal aangeduid als werknemers in een lagere sociaal-economische positie (SEP) – is een toenemende zorg.1-3 In beroepen met hogere SEP kunnen de taakeisen echter ook de individuele capaciteit overstijgen zoals in een recent Europees review is gepubliceerd.4 Met de demografische veranderingen – de leeftijd van de werkende bevolking stijgt – neemt de cumulatieve belasting toe en daarmee de kans op beroepsziekten.5-7 Sociaal-economische status als determinant van gezondheid is een samenstelling van onderliggende aspecten als opleiding, inkomen en sociale positie.8 Beroep is één aspect van de sociaal-economische status met in de beroepen verschillende taakeisen en arbeidsomstandigheden. Complexiteit van een beroep kan een SEP-indicator zijn met intellectuele en managementberoepen als hogere SEP en praktische beroepen als lagere SEP.9,10
Werken met varianten van taakverschuiving is gebruikelijk in de Nederlandse zorg. Ook binnen de verzekeringsgeneeskunde leidt het tot een gelijkblijvende of zelfs betere werkbeleving, kwaliteit en doelmatigheid. Daarom heeft UWV de afgelopen jaren werken met taakdelegatie beproefd, geborgd en opgeschaald en blijft UWV dit concept verder ontwikkelen. Dit artikel beschrijft de geleerde lessen aan de hand van de ontwikkelfasen van taakdelegatie binnen UWV, te weten (1) het experimenteren van werken met taakdelegatie, (2) het creëren van randvoorwaarden voor werken met taakdelegatie en (3) het borgen en opschalen van taakdelegatie als ‘het nieuwe normaal’. Het artikel sluit af met de toekomst van taakdelegatie binnen de verzekeringsgeneeskunde.
In TBV 3 van 2018 is het eerste artikel verschenen van een drieluik over taakdelegatie door bedrijfsartsen. In het eerste artikel zijn we met name op de juridische context ingegaan. In deze tweede bijdrage kijken we allereerst naar recente ontwikkelingen rondom taakdelegatie. Daarnaast staan we stil bij mogelijke verwarring die kan ontstaan door het gebruik van de termen taakdelegatie, taakherschikking en supervisie naast elkaar. Ten slotte laten we zien hoe een aantal basisvoorwaarden kan worden vertaald naar praktische oplossingen. In de derde bijdrage gaan we nog een slag dieper en zullen wij aangeven wat de gevolgen en randvoorwaarden voor de inrichting van werkprocessen zijn.
Op 13 maart 2019 is het precies 50 jaar geleden dat de Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde werd opgericht. Jubilea nodigen altijd uit tot terugblikken, maar de NVVG kijkt vooral graag vooruit. Daarom geven in dit artikel een aantal (oud)bestuursleden van de vereniging hun visie op het heden en de toekomst.
De Canadese professor Patrick Loisel, bekend vanwege het door hem ontwikkelde Sherbrooke-model, suggereerde in 2001 dat de subacute fase (4 tot 6 weken na het ontstaan) van lagerugpijn het ‘gouden uur’ was voor de preventie van arbeidsongeschiktheid.
Wat is dat toch met die oudere bedrijfsartsen die na jaren met de poten in de modder van het bedrijf te hebben gestaan, willen vluchten naar de droge dreven van de zorg.1 Voelen ze zich niet gewaardeerd of missen ze de erkenning van de grote jongens. ‘Je kunt altijd nog bedrijfsarts worden’, tekende illustrator Peter van Straaten ooit. Het zit ’m, zo lijkt het, vooral in de aard van het werk. Dat is saai geworden. Alleen maar verzuim. Inderdaad, tegen jonge artsen zou ik dan ook willen zeggen: word geen bedrijfsarts. Tenzij door de markt gedwongen, zoals in de jaren 80 veel van de aanstaand gepensioneerde bedrijfsartsen overkwam. Gelukkig bleek achteraf het bedrijfsartsenschap toch reuze mee te vallen.
Opnieuw zijn elf aios bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde zo ver gevorderd in het eigen onderzoekstraject als onderdeel van de opleiding bij de NSPOH, dat zij op 4 december jongstleden tijdens een minisymposium de (voorlopige) resultaten van het eigen onderzoek konden presenteren. Het was een leerzame dag met diverse onderzoeksvragen en nieuwe inzichten. Inzichten die we graag met u en de rest van de wereld delen.
Voor de 57ste keer vonden de Belgische Nationale Dagen voor Arbeidsgeneeskunde plaats, georganiseerd door de Belgische Beroepsvereniging voor Arbeidsgeneeskunde (BBvAg). General Data Protection Regulation (GDPR of ook Algemene Verordening Gegevensbescherming), exoskeletten, nieuwigheden bij FEDRIS (het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s): het zijn de zoveelste nieuwe uitdagingen voor de preventieadviseur-arbeidsarts! Maar het uitgangspunt is en blijft: meten is weten met het oog op gezondheidspreventie en -bevordering en het welzijn van de werknemers.