Januari 2019: De maand om goede voornemens te maken. Lang hoeven we er meestal niet over na te denken: stoppen met roken, meer tijd aan het gezin besteden of een nieuwe uitdaging aangaan. Wellicht het weer kwijtraken van de befaamde kerstkilo's. Deze laatste uitdaging is voor mij een jaarlijks terugkerend ritueel.
Begin april: zonder warming-up begin ik. Hoe dom ook. Liefst ren ik dan meteen 10 kilometer en verbreek ik mijn persoonlijk record. Gewoon omdat ik dat wil, omdat het moet. Een straatlengte verder alweer spijt dat ik überhaupt begonnen ben met rennen. Ademnood, niet-helpende gedachtes over mijn conditie, krampen in mijn kuiten. Wat zal de buurman wel niet denken die mij van achter zijn raam staat aan te gapen. Meer gelopen dan gerend maar bekaf keer ik huiswaarts. Geen puf meer om boodschappen te doen, te poetsen en met moeite kook ik een avondmaaltijd. Met een soort van semi goed gevoel neem ik een verkwikkende douche en plof ik vervolgens op de bank neer. Als een blok val ik in slaap. Maar dan, de dag daarna. Dubbel en dwars afgestraft voor mijn inspanningen. Elke spier in mijn lichaam doet pijn. Als een kreupele vrouw kom ik de dag amper door en no-way dat ik deze week nog een keer ga trainen.
Mei 2019: wat externe motivatie helpt: mijn partner die me achter de veren aan zit, een vriendin die vraagt om samen te sporten of een paar nieuwe gympen zorgen ervoor dat ik blijf doorgaan en mezelf uitdaag elke keer net dat stukje verder te rennen. Yes! Als ik eenmaal weer in het ritme zit gaat het steeds makkelijker. De spierpijn neemt af en ik begin weer geloof te krijgen in mijn doelen. Het plezier komt terug en ik krijg er zelfs weer energie van. Wat een heerlijk gevoel eigenlijk.
September 2019: mijn doel om tien kilometer binnen een uur te rennen, bleek te ambitieus. Veel verder dan zeven kilometer ben ik (ondanks alle moeite) niet gekomen.
Het zet mij aan het denken over mijn voornemens en doelen, de inspanning die ik daarvoor moet leveren en de drijfveren die ik heb om de draad weer op te pakken. Wat leert mijn eigen ervaring me over voornemens die cliënten maken bij hun re-integratietraject?
Waarschijnlijk zijn er meer mensen die mijn sportervaring herkennen dan zelf ervaring hebben met re-integratie ten tijde van ziekte. Maar eigenlijk zijn er verrassend veel parallellen te trekken. Ik overpeins de inspanningen die zieke medewerkers moeten leveren om terug te keren in het werkproces en de obstakels die ze daarin tegenkomen. Wat betekent het voor deze medewerkers, voor hun doelen, voor mijn rol, voor onze professionele rol of voor werkgevers? Wat heeft iemand nodig in een re-integratieproces? Een coach? Een hardloopmaatje? Of misschien wel ‘nieuwe schoenen’?
Eigenlijk helpen we mensen door niet te lang te wachten vooraleer ‘de gympen weer uit de kast te nemen’, zorgen we voor een goede warming-up, leggen we uit dat de ervaren ‘spierpijn’ normaal is tijdens re-integratie en prikkelen we mensen hun voornemens en doelen concreet te maken. Soms worden doelen gehaald, dan vieren we mee. Soms moeten doelen worden bijgesteld, doordacht en zonder oordeel. Zo heeft iedereen zijn eigen wedstrijd te winnen.
Januari 2020: mijn goede voornemens voor het nieuwe jaar. Naast het kwijtraken van de gebruikelijke kerstkilo’s ook een professioneel voornemen: meer bewustzijn en begrip creëren rondom de inspanning die zieke medewerkers voortdurend leveren om hun doelen te bereiken.