Magazine
‘Handrevalidatie is laagdrempelig in te schakelen’
Corry van der Sluis is hoogleraar revalidatiegeneeskunde met speciale aandacht voor arm- en handrevalidatie bij het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). In dit interview gaat zij dieper in op de focus van haar onderzoek gericht op het verbeteren van participatie en kwaliteit van leven bij mensen met een amputatie van of congenitaal reductiedefect van de bovenste extremiteit.
Werkhervatting na een CVA
Ongeveer 80 procent van de patiënten die een cerebrovasculair accident (CVA) overleven, heeft direct na de beroerte een verlamming of parese van de arm en hand.
Hoewel spontaan neurologisch herstel gedurende de eerste weken na een beroerte bij veel patiënten leidt tot verbeterde motorische functies, laten diverse longitudinale studies zien dat bij 30 tot 66 procent van de patiënten de aangedane arm en hand zes maanden na de beroerte nog forse motorische beperkingen heeft. Voor patiënten die na verloop van tijd weer aan het werk willen, heeft dit grote gevolgen.1
Blijvende invaliditeit door handletsel
De handfunctie is essentieel voor dagelijks functioneren; in werk en thuis. Handletsel kan een oorzaak van arbeidsongeschiktheid zijn en beperkingen geven in zelfzorg en uitvoeren van ADL. Niet alleen bedrijfsartsen en publiek werkzame verzekeringsartsen komen handletsel tegen op het spreekuur, ook private verzekeringsartsen zien het regelmatig in dossiers.
Meten van handbelastbaarheid met een FCE
Handbelastbaarheid kan worden gemeten met een specifieke functionele capaciteitevaluatie (FCE). Een FCE geeft inzicht in de functionele capaciteit en heeft gunstige effecten op de begeleiding bij terugkeer naar werk. De uitvoering van een FCE wordt efficiënter door selectie van relevante testen en verminderen van het aantal herhalingen per test.
Vaststellen beperking hand-en vingergebruik
Een onderzoek naar het gebruik van lichamelijk onderzoek door verzekeringsartsen bij het vaststellen van beperkingen in hand- en vingergebruik.
Leiderschap als fundament
Medisch leiderschap is noodzakelijker dan ooit. Wij hebben een sleutelrol te vervullen bij het inrichten van toekomstbestendige zorg voor arbeid en gezondheid. Dat is heel concreet met de recent ingestelde Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel. Haar opdracht: een stelsel dat uitvoerbaar, betaalbaar en uitlegbaar is. Ik voeg passende arbeidsgerichte zorg daar graag aan toe.
Onderzoek nutteloos?
Als uit onderzoek blijkt dat een specifieke chemotherapie een betere vijfjaarsoverleving heeft dan de gebruikelijke therapie, dan past een oncoloog deze toe. Als uit onderzoek blijkt dat een bepaalde operatietechniek minder complicaties geeft, dan zullen de meeste chirurgen deze gebruiken. Als uit onderzoek blijkt dat een vragenlijst naar ervaren belemmeringen zowel de cliënt als de verzekeringsarts helpt bij de beoordeling dan wordt die vragenlijst snel ingezet. Toch?
Preventie zien of niet zien, is dat de trigger?
Je gaat het pas zien als je het doorhebt. Aan deze legendarische uitspraak van Cruijff denk ik als het gaat over de impact van arbeidsrisico's op gezondheid en functioneren. En dan heb ik het dus ook over de noodzaak van preventie. Het ultieme doel is dat niemand meer ziek wordt door werkomstandigheden. Het klinkt zo logisch. Daar zegt toch iedereen 'ja' tegen?
Overschrijding gezondheidskundige grenswaarden
De Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) is een obsoleet instrument voor de medisch specialist van werk en gezondheid. Volgens de FML is een normaal belastbaar mens in staat om per uur 1200 keer te reiken en 600 keer een voorwerp van 1 kg te hanteren. Dergelijke repeterende handelingen zijn een bewezen risicofactor voor het ontwikkelen van beroepsziekten.
Arbeidsrisico’s tijdens re-integratie
Een directeur van een zorginstelling ontwikkelde psychische klachten tijdens haar re-integratie. Pesten en procedurele onrechtvaardigheid waren vastgestelde risicofactoren in de werksituatie. Juridische bemiddeling moest het opgetreden probleem oplossen.