Tijdschrift
Mogelijke knelpunten en oplossingen van AIOS bij het volbrengen van hun onderzoekstraject
Het doen van wetenschappelijk onderzoek is onderdeel van de opleiding geneeskunde. Een van de eindtermen is een beperkt empirisch onderzoek opzetten en uitvoeren.1 Na afronding van de basisopleiding start de bedrijfs- en verzekeringsarts in spe na respectievelijk gemiddeld 14 en 5 jaar met de opleiding tot specialist.2 Het vakinhoudelijke kennis- en ervaringsniveau waarmee de artsen aan hun specialisatie beginnen loopt daardoor uiteen en kan beperkt zijn.3 Wetenschappelijk onderzoek komt in de specialisatie terug in de vorm van een onderzoeksstage waarbij een onderzoek opgezet, uitgevoerd en gepresenteerd moet worden.4,5
De eerste kennismaking met ons vak
Als je AIOS zegt, denk je aan opleiding, en bij opleiding kom je in de medische sector al gauw bij de coassistent terecht. Alle reden voor de gastredactie van deze Special om ook enkele coassistenten te vragen hun ervaringen voor TBV op te schrijven. Renée, Sarah en Xyrian zijn vol enthousiasme aan de gang gegaan, zo blijkt uit de bijdragen op deze bladzijden. Enthousiast ook over wat zij aan nieuwe, niet verwachte inzichten hebben opgedaan bij deze kennismaking met ons vakgebied. We hebben als sociaalgeneeskundigen dus echt iets om uit te dragen. Zie hun ervaring als een aanmoediging om coassistenten te begeleiden en werk te maken van hun coschap. Een ervaring ook voor jezelf!
Praat ook over stress bij leefstijladvies
Leefstijl is een hot topic vandaag de dag. Iedereen heeft er wel een mening over en leefstijl wordt als vanzelf gekoppeld aan gezondheid(sbevordering). Iets wat ons als artsen aanspreekt, zo ook dr. Linda Battes. Zij is gepromoveerd in de cardiologie en dit jaar afgestudeerd als verzekeringsarts bij de SGBO.
Re-integratie is topsport!
Januari 2019: De maand om goede voornemens te maken. Lang hoeven we er meestal niet over na te denken: stoppen met roken, meer tijd aan het gezin besteden of een nieuwe uitdaging aangaan. Wellicht het weer kwijtraken van de befaamde kerstkilo’s. Deze laatste uitdaging is voor mij een jaarlijks terugkerend ritueel.
Onderzoeksopzet van de BAVA-pilot
Bedrijfsartsen begeleiden verzuimende werknemers in de eerste twee jaar van hun ziekte. Het gros van die werknemers herstelt voor die twee jaar. Als dit niet het geval is dan volgt na twee jaar de claimbeoordeling voor de WIA en beoordeelt het UWV of het re-integratietraject de eerste twee jaar adequaat is geweest. Bedrijfsartsen geven aan geen claimbeoordelaars te zijn, maar zien het wel als hun taak om de belastbaarheid te beoordelen.1 Indien de inschatting van het UWV over de belastbaarheid afwijkt van het oordeel van de bedrijfsarts, kan dit resulteren in een afwijzing van de WIA-aanvraag, ook kan niet-adequate begeleiding leiden tot loonsancties voor de werkgever.
Resultaten van de BAVA-pilot
Bedrijfsartsen geven aan dat ze graag met een verzekeringsarts willen overleggen bij langdurig verzuim of dreigende WIA-instroom.1,2 Gezien het feit dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aangeeft per 1 januari 2021 het medisch advies van de bedrijfsarts bij de toets op re-integratie-inspanningen leidend te maken, is een goede samenwerking en overleg tussen bedrijfsarts en verzekeringsarts (BAVA-overleg) voor de werknemer van groot belang.3,4
Hoe kan overleg tussen bedrijfs- en verzekeringsartsen het best worden vormgegeven?
De eerste twee jaar wordt een verzuimende werknemer begeleid door een bedrijfsarts, daarna volgt een beoordeling door de verzekeringsarts van het UWV. De werknemer is er uiteraard bij gebaat dat de begeleiding in de eerste twee jaar verzuim goed aansluit bij de claimbeoordeling voor de WIA. Een overlegmoment tussen bedrijfs- en verzekeringsarts (BAVA-overleg) in die eerste twee jaar lijkt daarom zinvol.1
Lastige cliëntcontacten
Zowel de redactie als de commissie die het TBV-congres voorbereidt, hebben geworsteld met de titel van themanummer en congres. Net als voorgaande jaren liggen congres en themanummer in elkaars verlengde. Als cliënten klagen is wat het uiteindelijk is geworden.
Lastige dokters
Dokters kunnen lastig zijn! Dingen zeggen waardoor mensen boos worden, zich gekwetst voelen. Wie kunnen ons dat beter vertellen dan onze patiënten. Want die zitten met ons opgescheept. Gaat het om bedrijfs- en verzekeringsartsen dan valt er voor patiënten ook nog eens niks te kiezen. Zij zijn tot ons veroordeeld.
Talk to the hand!
Talk to the hand waren de legendarische woorden van Arnold Schwarzenegger in de kaskraker The Terminator in 1984. Waren alle strubbelingen met lastige patiënten maar zo makkelijk op te lossen. Helaas verwachten patiënten meer van hun arts dan een gespierde machine.