Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Een tunnelvisie

André Weel
Jurjen Breedijk
Het vakgebied Arbeid en Gezondheid kent een lange en rijke geschiedenis. André Weel en Jurjen Breedijk, beide bedrijfsarts en curator bij het Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland op Urk, werken aan een Canon waarin deze geschiedenis in enkele tientallen bijdragen wordt samengevat. Deze teksten worden te zijner tijd gebundeld in een boek (de 'Canon voor Arbeid en Gezondheid'), maar verschijnen daarvoor al op TBV-online.

De aanleg van een tunnel brengt meer teweeg dan een tunnel! Dat leert ons de geschiedenis van de Alpentunnels. In de eerste jaren van de 20e eeuw is de tunnelbouw de aanleiding om grote stappen te zetten op het veld van arbeid en gezondheid. Juist omdat het aanleggen van tunnels enorme implicaties blijkt te hebben voor de gezondheid, de veiligheid, én de overleving van de tunnelarbeiders.

Milaan ontwikkelt zich in de tweede helft van de 19e eeuw tot de industriële hoofdstad van de jonge Italiaanse staat. De behoefte aan personen- en goederenvervoer neemt in die tijd enorm toe. De droom van de transalpiene spoortunnels wordt langzaam werkelijkheid, maar vraagt een hoge prijs. Baldasseroni beschrijft de impact op de publieke opinie door de gebeurtenissen rond de aanleg van de spoortunnels. De eerste tunnel is de Mont-Cenistunnel in 1856. Dan volgt het tragische beloop van de aanleg van de St. Gotthardtunnel vanaf 1872. Ten slotte is er de euforie bij de inwijding van de Simplontunnel in 1906. Bij de constructie van die laatste tunnel worden ‘slechts’ 106 dodelijke slachtoffers gemeld. Dat zouden we tegenwoordig een dramatisch hoog aantal vinden. Maar in de vroege 20e eeuw ziet men het als een duidelijke vooruitgang in vergelijking met de St. Gotthardtunnel die 15 jaar eerder is voltooid.

Sint Gotthardtunnel

Bij de aanleg van de Sint Gotthardtunnel (1872-1880) wordt volcontinu gewerkt in drieploegendienst. Instabiel gesteente, steenlagen die soms om de paar honderd meter van aard veranderen, en het regelmatig binnendringen van water zorgen voor enorme problemen die tijdens de hele bouwperiode aanhouden. Daar komt nog bij dat de temperatuur in de tunnel plaatselijk tot 33° en later zelfs tot 40° Celsius oploopt. Vanwege de harde steensoorten blijken de door perslucht aangedreven tunnelboormachines niet te voldoen. Er moet met dynamiet gewerkt worden. Onvoldoende ventilatie bemoeilijkt het ademhalen in de met explosieve gassen gevulde tunnel. Als er te weinig luchtdruk voorhanden is, geeft men voorrang aan het draaiend houden van de machines, en wordt het ventileren van de werkruimte uitgesteld. Omdat de giftige dynamietgassen ontstekingen aan longen en ogen veroorzaken, moet men de maximale werktijd per ploeg terugbrengen tot vijf uur.

In Göschenen werken op het hoogtepunt van de bouw 1645 arbeiders en in Airolo 1302. Het zijn vooral Italianen uit de straatarme streken Piemonte en Lombardije. Zij leven in smerige en overbevolkte behuizingen en worden financieel uitgebuit. De werkgever houdt twee derde van het loon in als betaling voor eten en onderdak. Lampen en lampolie moeten de werkers ook zelf betalen. In 1875 komt het tot een oproer. Arbeiders gaan in staking en blokkeren de tunnelingang. Een inderhaast bijeengetrommelde militaire eenheid schiet op de arbeidersmassa. Vier arbeiders komen daarbij om het leven en er vallen verschillende zwaargewonden.

Beroerde leef- en werkomstandigheden

Het voorval wordt door persberichten in half Europa bekend en brengt onderzoeken naar de werkomstandigheden van tunnelarbeiders op gang. Twee Zwitserse commissies onderzoeken de situatie. De inspectiearts schrijft: ‘de ellende in de voor de arbeiders ingerichte kwartieren gaat elk voorstellingsvermogen te boven. In kleine bedompte kamers rijen zich bedden aaneen: erbarmelijke, half verrotte strozakken.’ Hij maakt melding van de slechte lucht in de overvolle ruimtes met kwalijk riekende olielampen, waar naast de bedden ook gekookt moet worden; van het gebrek aan schoon water, het vuil, de miserabele hygiënische omstandigheden.

De arbeiders lijden aan mijnworminfecties, diarree en tyfus. Vooral de mijnwormziekte (ankylostomiasis) eist veel mensenlevens. Hernberg noemt in zijn artikel een aantal van 10.000 mijnwormslachtoffers. Veel arbeiders lijden aan stoflongen, die ze in het kwartsstof in de tunnel hebben opgelopen. Er worden betere omstandigheden geëist maar er gebeurt niets. Niemand voelt zich aangewezen om iets te doen en bovendien zijn de bouwactiviteiten al enorm uitgelopen. Uiteindelijk sterven 177 mensen tijdens de bouwwerkzaamheden door uiteenlopende ongevallen. 53 worden er geplet door wagens of locomotieven, 49 door rotsblokken, 46 komen om door dynamiet. Eén arbeider verdrinkt. Volgens officiële opgaven ligt de schuld steeds bij het toeval of bij de verongelukte zelf.

Simplontunnel

En dan de bouw van de Simplontunnel (1898-1905), gelegen onder de Grote St-Bernardpas. Een historische Alpenpas. Hannibal zou hier in 217 voor Christus met zijn olifanten overheen zijn getrokken. Maar niet alleen deze pas, ook de tunnel daaronder gaat geschiedenis schrijven!

De Simplontunnel is met 19.803 meter de langste Alpentunnel. Zij verbindt het Zwitserse Brig met het Italiaanse Iselle di Trasquera. Ook hier zijn de werkomstandigheden bij de aanleg verre van optimaal. Gemiddeld werken er 3000 personen op de bouwplaatsen, hoofdzakelijk Italianen, wederom onder slechte omstandigheden. 67 personen komen door ongevallen of ziektes om het leven. Tijdens de werkzaamheden komt het ook tot een staking. Het leger wordt weer ingeroepen om deze neer te slaan.

In de kern van de berg heerst een temperatuur van 42°. Dit heeft dramatische gevolgen voor het arbeidstempo. De Duitse ingenieur Alfred Brandt heeft hier een oplossing voor bedacht. Op 17 meter naast de hoofdschacht laat hij een parallelschacht bouwen die elke 200 meter een verbinding met de hoofdschacht heeft. Zo komt er ruimte voor werktreinen en verbetert de ventilatie. De bouw loopt toch nog aanzienlijke vertraging op door instromend water en door stakingen. De tunnel wordt op 19 mei 1906 ingewijd.

Medisch congres

Mijnworm, bron: wikimedia

In weerwil van de getroffen voorzieningen maakt men zich zorgen over de hoge prijs, uitgedrukt in mensenlevens en in menselijk lijden, die de tunnelaanleg heeft gevergd. De arts Malachia De Cristoforis, tevens senator van het Koninkrijk Italië, lanceert al in 1902 het idee van een medisch congres over arbeid en gezondheid. Dat congres kan dan mooi worden gehouden tijdens de aanvankelijk voor 1904 in Milaan geplande internationale tentoonstelling, die is bedoeld om de voltooiing van de Simplontunnel te vieren. Men wil daarbij niet alleen het wonder van de tunnelconstructie aan de wereld tonen, maar ook de technische mogelijkheden om zwaar werk terug te dringen, en gevaren en ongevallen zoveel mogelijk te beperken.

Een groep bezorgde artsen en wetenschappers rond De Cristoforis gaat aan de slag om dat internationale congres inzake gezondheid en veiligheid op het werk te organiseren. De drie hoofdonderwerpen zijn: arbeidsfysiologie, arbeidspathologie en hygiëne; preventie van arbeidsgerelateerde ziekte, en sociale ondersteuning. De organisatie van het congres blijkt evenwel veel complexer dan voorzien. Omdat de werkzaamheden aan de Simplontunnel uitlopen, moet de tentoonstelling worden uitgesteld, en daarmee ook het congres. Het eerste internationale congres over arbeid en gezondheid wordt nu gepland voor het voorjaar van 1906. Artsen, ingenieurs, chemici, fabrieksdirecteuren en allen betrokken bij arbeidsonderwerpen zijn welkom.

Voorloper van de ICOH

Het congres vindt plaats te Milaan, van 9 tot 14 juni 1906. Er nemen 285 personen deel, van wie slechts 20 niet-Italianen. Tijdens het congres (op 13 juni 1906) wordt de International Permanent Commission on Occupational Health opgericht. Deze commissie is de voorloper van de latere ICOH (International Commission on Occupational Health). Het installeren van deze International Permanent Commission is te beschouwen als het startmoment voor een blijvende internationale kennisuitwisseling, die het tijdelijke karakter van de Milanese tentoonstelling overstijgt.

De Commission wordt benoemd door een internationaal gezelschap van congresdeelnemers, afkomstig uit Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, Zweden, Oostenrijk, Hongarije, België, Nederland (vertegenwoordigd door E. Wintgens van de Arbeidsinspectie), Canada en het Verenigd Koninkrijk. De rol van Italië zal de eerste jaren dominant blijven, daar de eerste president De Cristoforis een Italiaan is, evenals de secretaris en de beide vicepresidenten, onder wie ook Luigi Devoto. Elke drie jaar zal een congres worden georganiseerd. In 1925 zal Amsterdam de zetel zijn van het vierde congres.

Arbeidsgeneeskundige kliniek

Parallel aan de voorbereidingen voor de tentoonstelling en het congres loopt de oprichting van de Clinica del Lavoro in Milaan, door Luigi Devoto. Het voorstel van Devoto voor een eigen arbeidsgeneeskundige kliniek wordt geaccepteerd tijdens een historische zitting van de Milanese gemeenteraad op 20 november 1902. De Staatswet van 5 juli 1905 maakt de bouw van de kliniek ook echt mogelijk. De Clinica del Lavoro is de eerste kliniek voor beroepsziekten ter wereld. Arbeid en gezondheid staan nu ook internationaal op de kaart, waarbij Milaan voorlopig de internationale hoofdstad is.

Het eeuwfeest van de ICOH wordt in 2006 in Milaan uitbundig gevierd. Met een 28e internationaal congres, met een lach en een traan, en met een bezinning op de aanleiding tot al deze ontwikkelingen: de op ruime afstand gelegen Simplontunnel, en al die tunnels die in hun wordingsproces hebben geleid tot een visie op de noodzaak van een internationale aanpak van problemen van arbeid en gezondheid.

Verder lezen
• Baldasseroni A, Carnevale F, Tomassini L. Cradles of industry and occupational medicine in the modern world: Milan 1906 – Annus Mirabilis. Med Lav 2013 Jan-Feb;104(1):73-80.
• Hobson J. ICOH one hundred and the Simplon Tunnel. Editorial. Occupational Medicine 2006;56:221–225. doi:10.1093/occmed/kql036.
• Volante G. Some contributions from the doctor of the miners in the Simplon tunnel: The most human of victories. The Provinces of Italy to the Simplon tunnel. The family of the miner at Simplon. 1906. Med Lav. 2006 Mar-Apr;97(2):114-23.
http://www.icohweb.org/site/about-icoh.asp
• Hernberg S. The International Commission on Occupational Health. Past and present. Scand J Work Environ Health 1993;19(1):66-67. https://doi.org/10.5271/sjweh.1501

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.