Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Enthousiaste zij-instromer promoot de bedrijfsgeneeskunde

Jozien Wijkhuijs
Marieke Struijk is sinds 7 september bedrijfsarts. Via de zij-instromer-opleiding van de SGBO betrad ze haar nieuwe werkveld, na een eerste carrière als orthopedisch chirurg. Ze is erg enthousiast en wil andere artsen graag vertellen over de bedrijfsgeneeskunde. ‘Ik vind het leuk om de essentie van het vak te laten zien.’

‘Ik zeg altijd: ik ben van huis uit orthopedisch chirurg,’ vertelt Marieke Struijk. ‘Ik heb daarna ook een aantal jaar gewerkt in de farmaceutische industrie, als medisch adviseur en leidinggevende.’ De keuze voor orthopedische chirurgie kwam voort uit een interesse in de praktische kant van het werk en in het bewegingsapparaat. ‘Je kunt een diagnose stellen en het probleem vrij direct oplossen, bijvoorbeeld door middel van een operatie.’

Struijk werkte een tijd als orthopedisch chirurg, was een tijd waarnemer en deed een fellowship in Delft. ‘Dat was om me nog verder te verdiepen in een bepaald gebied, de arthroscopie van de schouder. Het was alleen door allerlei factoren heel lastig om een maatschapsplek te krijgen en in dat werkveld is dat wel waar je naartoe wilt,’ zegt Struijk. ‘Uiteindelijk was het kiezen tussen een plek in het buitenland of een functie elders.’

Vrijheid

Tijdens haar studie deed ze al onderzoek. Na haar tijd in de orthopedische chirurgie besloot ze van de wetenschap haar werk te maken. Ze werd door Bayer gevraagd voor een baan als medisch adviseur. Dit sloot goed aan bij haar promotie-onderzoek naar tromboprofylaxe in de orthopedische chirurgie. ‘Na een tijd werd ik leidinggevende en ik merkte dat ik steeds minder werkinhoudelijk bezig was met geneeskunde. Dat miste ik, ik wilde als specialist werken en minder als manager.’ Ze oriënteerde zich goed en kwam uit bij de bedrijfsgeneeskunde.

Om te kijken waar ze eventueel zou kunnen werken, liep ze mee met verschillende bedrijfsartsen en besloot uiteindelijk om als ZZP’er te gaan werken. Toen kon ze snel aan de opleiding beginnen. ‘Ik werk voor arbodiensten en betaalde de opleiding zelf,’ vertelt ze. ‘Ik wilde graag zelf mijn stages en nascholingen kiezen. Het geeft me meer vrijheid.’

De opleiding beviel haar goed. ‘Ik vond het heel flexibel. Zo mocht ik bijvoorbeeld twee artikelen schrijven voor TBV en Medisch Contact in plaats van een CAT te doen. Er werd goed meegedacht en ik kon zo zelf wat keuzes maken in mijn opleiding,’ zegt ze. ‘Dat maakt het extra interessant. Het was voor haar fijn dat de opleiding in twee jaar kon. ‘Als je voor de tweede keer een carrièreswitch maakt, is het ook goed dat je snel up to speed bent.’

Combineren van kennis en vaardigheden

Ze is blij dat ze de overstap heeft gemaakt. ‘Het bevalt me heel goed, het is fijn om meer tijd te hebben voor een goed gesprek met de cliënt,’ vertelt Struijk. ‘Dat is ook echt wel nodig: alle aspecten komen aan bod: de diagnose, de behandeling, de thuissituatie, de werksituatie… Je brengt alle privé-factoren en professionele factoren in kaart.’ Ze vindt het leuk om mee te denken over aan welke knoppen de cliënt kan draaien. ‘Wat ik ook prettig vind, is dat er veel ruimte is om samen te werken met behandelaren en leidinggevenden. En natuurlijk de werk-privébalans: geen avond- en weekenddiensten.’

‘Als je voor de tweede keer een carrièreswitch maakt, is het ook goed dat je snel up to speed bent.’

Ze kan nu haar oude vak met haar nieuwe vak combineren, zegt ze. ‘Ik werk nu een dag voor de Polikliniek Mens en Arbeid van het Amsterdam UMC, vanuit mijn expertise in het houding- en bewegingsapparaat.’ Ze helpt mensen met de vraag of een aandoening door werk komt. ‘Ik zie ze op de poli, ga naar de werkplek toe en kijk in de literatuur. Daarna kom ik met een expertiserapport waarin ik aangeef of het een werkgerelateerde aandoening is. Ook geven we adviezen over het aanpassen van de werkzaamheden of de werkplek, in samenwerking met een gespecialiseerde arbeidshygiënist of bedrijfsfysiotherapeut.’ Het is fijn om op deze manier iets te doen met alle kennis die ze opgedaan heeft. ‘Dat geldt zowel voor mijn ervaring en kennis uit de kliniek als die uit het bedrijfsleven. Vanuit dat laatste kan ik me goed verplaatsen in een leidinggevende in een commerciële setting.’ Bij Mensely geeft en ontwikkelt zij leiderschapstrainingen.

Gidsende rol

Natuurlijk heeft ze ook dingen moeten loslaten. ‘Het wezenlijkste verschil is dat je als bedrijfsarts een adviserende rol hebt, je probeert te achterhalen wat een werknemer nodig heeft om zelf aan de slag te gaan met herstellen,’ vertelt ze. Haar zorgverlenersreflex heeft moeten plaatsmaken voor een gidsende rol. ‘Die meer coachende stijl heb ik moeten leren, door te leren van anderen, zoals mijn opleider en bij trainingen.’

Nu wil ze graag andere artsen enthousiast maken voor het vak van bedrijfsarts. ‘Via LinkedIn post ik vaak foto’s van werkplekbezoeken en bijdrages over het werk,’ zegt ze. ‘We hebben te maken met een enorme vergrijzing, 70 procent van de zittende bedrijfsartsen gaat binnen tien jaar met pensioen.’ Ze wil haar steentje bijdragen aan het opvangen daarvan. ‘We moeten er alles aan doen om nieuwe mensen te werven. De NVAB is druk bezig met het onderzoeken van een stelselwijziging, wat is de essentie van dit vak? Ik vind het leuk om die essentie te laten zien.’

Ze wil proberen om, naast het publiek dat ze nu al bereikt, ook meer basisartsen te bereiken, door het gebruik van andere hashtags en links zoals bedrijfsartsworden.nl. ‘Zodat er meer over dit leuke vak bekend wordt en steeds meer mensen ervoor kiezen.’

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.