Op 13 februari 2020 presenteerden tien AIOS bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde de (voorlopige) bevindingen van hun eigen onderzoek dat zij hebben uitgevoerd als onderdeel van de opleiding bij de NSPOH. Het was een leerzame dag met uiteenlopende thema's die tot nieuwe inzichten leidden.
Preventie
Vanuit beide beroepsgroepen kregen we opnieuw bevestigd dat preventieve geneeskunde een belangrijke rol speelt bij verzuim. Een verzekeringsarts uit de private sector besprak zijn onderzoek naar ervaringen met preventieve medische onderzoeken bij bedrijfsartsen, met als doel eventuele mogelijkheden tot implementatie hiervan bij private verzekeringen. Uit een ander onderzoek onder niet-verzuimende leerkrachten uit het basisonderwijs bleek dat onder andere de sfeer op het werk, goede contacten met de kinderen en voldoende autonomie positief bijdragen aan hun werktevredenheid.
Geriatrie en arbeid
Meerdere onderzoeken werden geïnspireerd door de grote groep boomers. Zo leerden we dat we in de bedrijfsartsenpraktijk serieus rekening moeten houden met dementie. Ook geldt dat sinds de verhoging van de AOW-leeftijd meer 60-plussers een WIA-aanvraag deden dan op basis van de gebruikelijke stijging bij toenemende leeftijd te verwachten was. Een duidelijke oorzaak of verklaring is nog niet gevonden.
Prognostiek
We leerden dat het gebruik van de glazen bol leidt tot brede discussies, maar dat bedrijfsartsen 6 weken na de ziekmelding voor psychische klachten goed kunnen voorspellen of een medewerker na 3 tot 9 maanden hersteld is. Uit een ander onderzoek bleek dat klanten met een uitsluitingsclausule bij een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering frequenter en langduriger verzuimen dan klanten zonder uitsluitingsclausule. Naar aanleiding van deze twee onderzoeken werd de vraag opgeworpen of artsen daadwerkelijk het ziektebeloop goed kunnen voorspellen of dat er sprake is van selffulfilling prophecy. Uit een derde onderzoek bleek echter dat de door de verzekeringsarts gestelde belastbaarheid bij EZWB geen goede voorspeller is voor de belastbaarheid bij WIA. Uit het onderzoek kon niet worden afgeleid of dit kwam door een verschil van inzicht tussen de beoordelaars van Ziektewet en WIA. Ten slotte bleek uit een vierde onderzoek dat de voorspellende factoren voor het tweede spoor simpel zijn; het tweede spoor werkt alleen als mensen gemotiveerd zijn.
Arbeid en Organisatie
Dan een kijkje in de eigen keuken. AIOS van het UWV onderzochten bij collega’s in dienst van hun werkgever de houding ten aanzien van wetenschappelijk onderzoek en interventies om werkdruk te verlagen. Uit beide onderzoeken bleek dat organisatorische aspecten en het werkklimaat een belangrijke rol spelen in de houding van de medewerkers. Uit de resultaten van kwalitatief onderzoek bleek dat verzekeringsartsen het doel van academische werkplaatsen wel belangrijk vinden, maar dat zij weinig gemotiveerd zijn daar zelf aan bij te dragen. Er is een lange adem nodig en een flinke cultuurverandering, voordat evidence based medicine een centralere plek kan veroveren in hun werk.
Om het effect van mindfulness op ervaren werkdruk te bepalen, werden mindfulnesssessies gepland als vast onderdeel van de werkweek van A(N)IOS. Dit bleek lastig te implementeren, vanwege een gebrek aan kennis en het niet inzien van enig nut vooraf. Na extra aansporing van de onderzoeker lukte het toch. De resultaten verrasten, met name in deze terughoudende groep A(N)IOS: mindfulness had een enorm positief effect op de ervaren werkdruk!