De balans tussen werk en privé van jonge ouders speelt een belangrijke rol in de groei en ontwikkeling van het kind, vooral in de periode van conceptie tot de tweede verjaardag. Tijdens deze eerste 1000 dagen van het leven van een kind gebeurt er veel. En ook voor (aanstaande) ouders is dit een tijd van grote verandering (zwangerschap, geboorte, weer terug naar werk, gebroken nachten, nieuw ritme).
Ongeveer 30 procent van de jonge ouders vindt dat hun werkgever onvoldoende rekening houdt met de intensiteit van deze levensfase1 en meer dan 90 procent van de ouders heeft moeite om werk, gezin en zorg te combineren.2 Dit leidt vaak tot oververmoeidheid en stress. Dat heeft niet alleen invloed op de inzetbaarheid en gezondheid van ouders, maar ook op de gezondheid van kinderen, nu en in de toekomst. De ontwikkeling van jonge kinderen heeft baat bij een goede werk-privébalans van hun ouders: wat kun je als arboprofessional of bedrijfsarts betekenen voor deze jonge werkende ouders en hun werkgevers? In dit artikel volgt een verkenning van het belang van de eerste 1000 dagen, de impact van werk en ouderschap en de rol van arbozorg bij een goede werk-privébalans.
Ontzettend gevoelig voor omgeving
Mensen zijn ontzettend gevoelig voor de omgeving waarin ze opgroeien, vooral tijdens de eerste 1000 dagen van het leven.3 Het wetenschappelijke bewijs voor het belang van deze periode is overweldigend, met studies uit diverse disciplines die wijzen op de cruciale rol van de vroege ontwikkeling.3 Echter, in een maatschappij waar steeds meer ouders beide werken en de ervaren (werk)druk onverminderd hoog is, wordt het voor jonge ouders steeds moeilijker om deze verantwoordelijkheid goed te dragen.
Tijdens de eerste 1000 dagen van het leven vinden er belangrijke fysieke, emotionele en cognitieve ontwikkelingen plaats.3 De omgeving waarin dit gebeurt heeft een levenslange invloed op hoe het kind zich ontwikkelt.3 Een omgeving met gezonde voeding, veiligheid, liefde en stimulatie biedt kinderen de kans hun volledige potentieel te bereiken.3 Ouders spelen hierin een cruciale rol. Hun vermogen om hun kind een goede start te geven, is afhankelijk van hun eigen opvoeding, mogelijkheden, sociale netwerk en steun van werkgevers en wetgeving.3
Caroline Yntema
In Nederland investeert de overheid via het actieprogramma Kansrijke Start (kansrijkestart.nl) in de eerste 1000 dagen van kinderen, door de (lokale) samenwerking tussen professionals te versterken.4 De Samenwerkende Gezondheidsfondsen investeren in de eerste 1000 dagen voor de Gezonde Generatie (gezondegeneratie.nl, 1e1000dagen.nl).5 Werkgevers en bedrijfsartsen kunnen bijdragen aan deze programma’s of werkende ouders verwijzen naar deze hulpbronnen voor een goede start van hun kinderen (gezondegeneratie.nl/wat-jij-kan-doen).
De arbeidsparticipatie van vrouwen was in 2023 bijna 80 procent
Groter rendement van investeren in goede start
Investeren in een goede start levert een groter rendement op dan latere investeringen, met voordelen die verder gaan dan gezondheid, zoals hogere productiviteit en lagere kosten voor zorg, politie en justitie.6,7 Onderzoeken in Nieuw-Zeeland en Denemarken tonen aan dat 80 procent van de maatschappelijke kosten voortkomt uit een valse start in het leven. Opgroeien in een suboptimale omgeving vergroot de kans op ziekte en verlaagt de kans op maatschappelijke participatie8.
Zorg gelijk verdelen lukt maar weinig ouders
Uit de Emancipatiemonitor 2024 van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat de Nederlandse arbeidsparticipatie van vrouwen in 2023 bijna 80 procent was.9 Er zijn 1,3 miljoen huishoudens met kinderen onder de 12 jaar9,10 waarbij in 66 procent van de gevallen beide ouders werken. Na de geboorte van een eerste kind neemt het inkomen van moeders met 35 procent af (de zogenoemde babyboete) terwijl bij mannelijke partners het inkomen stijgt met 1 procent.9 Partners willen de zorg voor kinderen het liefst gelijk verdelen, maar in de praktijk lukt dit maar bij 9 procent van de ouders.9
Werkgevers en leidinggevenden kunnen een belangrijk verschil maken bij de gezondheid van ouders (zie ook het kader ‘adviezen aan werkgevers’ hieronder).1 Er is een grotere kans op een disbalans tussen werk en privé bij ouders in het geval van hoge (ervaren) werkdruk, lange werkdagen, rolconflicten en baanonzekerheid. Ouders worden hierdoor minder productief. Dit heeft ook een effect op hun kinderen: zij hebben een groter risico op mentale gezondheidsproblemen.11,12
Adviezen aan werkgevers1,13
Ben je bewust van de kwetsbaarheid van ouders met jonge kinderen.
Stel je flexibel op als het gaat om het indelen van werk.
Zorg voor een prettige kolfruimte en maak afspraken over de benodigde tijd.
Maak partnerverlof bespreekbaar.
Maak op tijd goede afspraken over de periode na het verlof.
Pas de workload van de werknemer aan op het aantal werkuren.
Blijf in gesprek over de combinatie van werk en zorg en vraag wat je werknemer nodig heeft.
Bij een mogelijk verstoorde balans of problemen: attendeer werknemers op het preventieve consult bij de bedrijfsarts.
Partnerverlof
Als partners minder de kans krijgen om hun kind te leren kennen, veilig te hechten en vanaf het begin de zorg voor het kind op zich te nemen beginnen zij met een achterstand. De maatschappij biedt nog onvoldoende ruimte aan partners om vanaf het begin een gelijkwaardige rol in te nemen. Door uitbreiding van het partnerverlof – zoals dat in de Wet invoering extra geboorteverlof (WIEG) is vastgelegd – krijgen partners meer gelegenheid om na de geboorte van hun kind de tijd te nemen voor de hechting (zie kader ‘verlofvormen (aanstaande) ouders’). De uitbreiding van het betaalde partnerverlof is al een enorme verbetering, maar nog beter zou het zijn als er volledig werd doorbetaald, zodat het ook voor iedereen financieel haalbaar wordt. Uit onderzoek blijkt dat partnerverlof leidt tot een eerlijker taakverdeling tussen beide ouders, niet alleen op de korte termijn, maar dat deze gelijkere taakverdeling ook blijft bestaan op de langere termijn.14
Onderzoeken tonen aan dat 80 procent van de maatschappelijke kosten voortkomt uit een valse start in het leven
Ook laat onderzoek zien dat vrouwen meer deelnemen op de arbeidsmarkt als de partner partnerverlof heeft. Zowel in Canada als in Zweden is aangetoond dat uitbreiding van het partnerverlof leidt tot hogere participatie op de arbeidsmarkt door moeders.14 Partnerverlof leidt zowel thuis (door eerlijker taakverdeling) als op de werkvloer (grotere arbeidsdeelname van de moeder) tot meer gendergelijkheid, tot gezondere kinderen, en meer tevreden ouders.11,14,15
Uit de Emancipatiemonitor 2024 blijkt dat er meerdere factoren zijn die mensen ervan weerhouden om gebruik te maken van partnerverlof.9 Het hardnekkige beeld dat de moeder de betere primaire verzorger zou zijn is één van deze factoren. Wat partners ook tegenhoudt is dat ze zich zorgen maken over het oordeel van anderen en met name werkgevers over hun betrokkenheid bij werk als ze ervoor kiezen om partner- of ouderschapsverlof op te nemen. Het openlijk uitspreken voor partnerverlof en voorbeeldgedrag door werkgevers zou kunnen helpen om deze genderongelijkheid te verminderen en vaders de kansen te geven een grotere rol te spelen in de ontwikkeling en opvoeding van hun kind.
Verlofvormen (aanstaande) ouders
Zwangerschaps- en bevallingsverlof Minimaal 16 weken, respectievelijk 4-6 voor en 10-12 weken na de bevalling (100%/UWV/WAZO).
Geboorteverlof voor partner
a. 1 week binnen eerste 4 weken na geboorte kind (100%/UWV/WAZO).
b. 5 weken aanvullend geboorteverlof (UWV/70% dagloon*), flexibel op te nemen tot 6 maanden na geboorte.
Ouderschapsverlof
26 x uren werkweek per kind, 9 weken betaald (UWV/70% dagloon*).
Flexibel op te nemen tot het kind 8 jaar is.
Adoptie- en pleegzorgverlof
6 weken (100% dagloon*/UWV).
Flexibel vanaf 6 weken voor komst kind tot 22 weken na komst kind.
Calamiteitenverlof
Bij spoedeisende onvoorziene omstandigheden: bijvoorbeeld: voor de duur van de bevalling.
Kortdurend verlof Maximaal 2x aantal uren werkweek, 70 procent betaald.
Langdurend zorgverlof Maximaal 6x aantal uren werkweek, onbetaald.
*Maximaal 228,76 euro. Bron: Rijksoverheid16
Bedrijfsarts voor jonge en aanstaande ouders
Bij het begeleiden van jonge en aanstaande ouders is een integrale aanpak van belang: een combinatie van individuele begeleiding, goede verlofregelingen voor ouders én het aanpakken van de werkomstandigheden.13,17,18
De NVAB-richtlijnen Zwangerschap postpartumperiode en werk19 en Werk-privébalans20 geven bedrijfsartsen handvatten bij de advisering aan aanstaande en jonge ouders over een (verstoorde) werk-privébalans. Bespreek dit al in het preventieve consult tijdens de zwangerschap en in het postpartumconsult enkele weken voor de terugkeer na het bevallingsverlof.
Partnerverlof leidt thuis en op de werkvloer tot meer gendergelijkheid, gezondere kinderen en meer tevreden ouders
In het verlengde hiervan pleiten wij voor het ‘jonge ouders-consult’. Tijdens dit spreekuur kan aandacht zijn voor verlofregelingen, werkomstandigheden en het begeleiden van ouders in het nadenken over de keuzes die er zowel privé als op werk gemaakt kunnen worden (zie kader ‘het jonge ouder-consult’).
Bedrijfsartsen en arboprofessionals kunnen werkgevers adviseren over het belang van een goede werk-privébalans bij jonge ouders: in het kader ‘adviezen aan werkgevers’ worden een aantal handvatten gegeven: ga in gesprek met je werknemer, houd contact. En dreigt een verstoorde werk-privébalans? Wijs ze op de mogelijkheid van een preventief ‘jonge ouders-consult’ (zie kader hieronder).
Het jonge ouder-consult: een betere werk-privébalans?1,2,13,20,21
Stap 1: Weet wat je wil
Wat is een wenselijke situatie, passend bij jouw waarden en prioriteiten.
Wat is het meest belangrijk voor jouw leven en dat van je gezin? Nu en op lange termijn.
Stap 2: Maak heldere keuzes
Wat ga je wel doen, wat niet (meer)?
Aanpassingen werk (werkdruk, aantal uren, betrokkenheid, rolconflict).
Aanpassingen privé (schoonmaker, opvang, verlof).
Let op: niet iedereen is enthousiast, soms anders dan gangbaar in werkcultuur.
Stap 3: Regel het
Spreek uit wat je wil en regel het.
Maak afspraken met je leidinggevende en partner.
Conclusie: belangrijke rol voor arboprofessionals
De omstandigheden waaronder de eerste 1000 dagen van het leven plaatsvinden heeft een blijvende impact op zowel het kind als de ouder. In onze maatschappij blijft de meerderheid van de vrouwen werken tijdens en na de zwangerschap en nemen partners een toenemende rol in de zorg voor hun kinderen. Arboprofessionals spelen hierin een belangrijke rol; zij kunnen het gesprek aangaan tijdens het jonge ouder-consult en werkgevers adviseren om de veranderende werk-privébalans regelmatig te bespreken met hun medewerkers.
▶ dr. Suzanne Spijkers is aios bedrijfsgeneeskunde bij Zorg van de Zaak, Amsterdam. Contact: suzanne.spijkers@zorgvandezaak.nl ▶ prof. dr. Tessa J. Roseboom is hoogleraar vroege ontwikkeling en gezondheid aan de Universiteit van Amsterdam, werkzaam als future generations commissioner bij het UMC, Amsterdam ▶ dr. Monique D.M. van Beukering is bedrijfsarts bij Zorg van de Zaak, werkzaam bij ProParents en als onderzoeker verbonden aan het UMC, Amsterdam.