In dit onderzoek wordt geïnventariseerd waarom cliënten met het post-covid-syndroom (PCS) in bezwaar gaan tegen het medische oordeel van de WIA-beoordeling en op welke onderdelen door de bezwaararts wordt afgeweken van het primaire oordeel.
In 2022 werden 64.637 WIA-beoordelingen verricht en in 24 procent daarvan werd bezwaar aangetekend.1 In 2022 telde het UWV 2.610 mensen met het post-covid-syndroom (PCS) bij de WIA-aanvraag. In 82 procent van de gevallen werd de WIA-aanvraag, gedeeltelijk dan wel volledig, toegekend. In dit onderzoek wordt geïnventariseerd wat de argumenten van cliënten met PCS zijn om in bezwaar te gaan tegen de medische beoordeling van de Einde Wachttijd- (EW) WIA-beoordeling. Ook wordt onderzocht in hoeverre er in bezwaar door de verzekeringsarts wordt afgeweken van het primaire oordeel en op welke onderdelen.
Methode: 40 dossiers bestudeerd
Bij het Centraal Expertise Centrum (CEC) van het UWV werden, over de periode september 2021 tot december 2022, alle dossiers met als eerste diagnosecode covid-infectie (R605) of PCS (R606) opgevraagd waarin bezwaar op medische gronden werd ingediend tegen de EW-WIA-beoordelingen. Het betrof 40 dossiers waarvan het merendeel de beoordeling in de tweede helft van 2022 werd verricht.
De argumenten van bezwaar tegen de medische heroverweging werden door twee beoordelaars (KB en JS) onafhankelijk van elkaar gecategoriseerd en in de categorieën ingedeeld. Tevens werd onderzocht op welke onderdelen van de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) de bezwaararts afweek van de primaire arts.
Resultaten
In 26 van de 40 zaken (65%) werden meer beperkingen in het persoonlijk en sociaal functioneren geclaimd. Meestal betrof dit prikkel(over)gevoeligheid (21x), concentratieproblemen (13x) en/of problemen met structureren (5x). Veelal betrof het een combinatie van geclaimde verdergaande psychische beperkingen. In 27 zaken van de 40 (68%) werd een verdergaande urenbeperking geclaimd. In 17 zaken (43%) was de cliënt van mening dat geen rekening was gehouden met comorbiditeit.
In bezwaar werd in 73 procent van de zaken afgeweken van het oordeel van de primaire verzekeringsarts. In 16 zaken (40%) werden meer beperkingen aangenomen in het persoonlijk en sociaal functioneren. In de helft daarvan betrof het een beperking ten aanzien van (overmatige) prikkels. In 15 zaken (38%) werd een verdergaande urenbeperking aangenomen door de bezwaararts. De urenbeperking die zowel in het primair proces als in bezwaar het vaakst werd toegekend is 4 uur per dag, 20 uur per week.
In 21 gevallen was qua functioneren sprake van prikkel(over)gevoeligheid
Conclusie
Van de 2.610 WIA-beoordelingen in 2022 gingen slechts 40 cliënten (1,5%) in bezwaar tegen het medische oordeel. Gezien het feit dat in 24 procent van alle WIA-beoordelingen bezwaar wordt aangetekend lijkt het erop dat cliënten met de diagnose PCS het in het algemeen wel eens zijn met de beoordeling. Het feit dat in 82 procent een WIA-uitkering wordt toegekend is mogelijk de oorzaak hiervoor. Cliënten gaan meestal in bezwaar omdat ze van mening zijn dat ze meer psychische beperkingen hebben en een verdergaande urenbeperking aangenomen dient te worden. In bezwaar wordt dit ook vaak toegekend. Een aanbeveling voor bedrijfs- en verzekeringsartsen is dan ook om in de beoordeling van de belastbaarheid met name ook aandacht te besteden aan prikkelgevoeligheid, concentratieproblemen en beperkte duurbelastbaarheid.
Referentie
1. UWV Kwantitatieve informatie 2022.
▶ Karin Blankestijn, verzekeringsarts Bezwaar & Beroep UWV, Utrecht. Contact: karin.blankestijn@uwv.nl ▶ Jerry Spanjer, verzekeringsarts UWV, Assen