Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Moeite met sociale regels

Arno van Dam
Madeleine Rijckmans
Antisociale persoonlijkheidsproblematiek kan leiden tot problemen op het werk en daarmee tot contacten met bedrijfs- en verzekeringsartsen. Door rekening te houden met de specifieke kenmerken van deze doelgroep, kunnen zij bijdragen aan re-integratie en agressie en uitval voorkomen.
Deze foto staat op de cover van Praktijkboek antisociaal gedrag en persoonlijkheidsproblematiek, geschreven door de auteurs van dit artikel.
Mensen met antisociale persoonlijkheidsproblematiek hebben moeite om zich aan sociale regels te houden, zijn impulsief, snel geïrriteerd of agressief en kunnen onverantwoordelijk en roekeloos zijn zonder daar berouw over te voelen. Deze mensen komen daardoor vaak in de problemen. Naast psychische problemen en verslaving zien we ook hoge werkeloosheidscijfers. Dat is niet verwonderlijk omdat deze mensen gedrag kunnen vertonen dat voor anderen lastig te verdragen of soms zelfs gevaarlijk is. Aan de andere kant kunnen zij ook heel waardevol zijn vanwege hun grote loyaliteit en bereidheid om hard en veel te werken.1
Het is belangrijk om te begrijpen welke factoren ertoe bijdragen dat er problemen op het werk ontstaan of wat maakt dat het juist goed gaat. In dit artikel geven wij inzicht in onderliggende dynamieken en handvatten om daar in de werksituatie en in de spreekkamer mee om te gaan.

Drie onderliggende dynamieken

Het is belangrijk onderscheid te maken tussen drie onderliggende dynamieken2 die een rol spelen bij antisociale persoonlijkheidsproblematiek met elk hun eigen triggers, maar ook mogelijkheden die zowel werkgever als werknemer ten goede komen.

Wantrouwen

De eerste dynamiek wordt gevormd door een gebrek aan vertrouwen in anderen. Dit wantrouwen is veelal ontstaan door interpersoonlijke trauma’s in de jeugd en door het leven in een hoge mate van sociale onveiligheid. Mensen met deze ervaringen gaan de wereld zien als vijandig en hebben geleerd de confrontatie aan te gaan en daarmee anderen af te schrikken. Deze mensen zijn voortdurend op hun hoede en reageren op iedere dreiging in de vorm van onrecht, vernedering of gevaar met agressie, om zo te voorkomen dat ze als zwak gezien worden en door anderen misbruikt of vernederd kunnen worden.
Werksituaties waarin er sociale onveiligheid is door onduidelijke rolverwachtingen, autoritaire leidinggevenden, pestgedrag of onderlinge conflicten, kunnen triggers zijn voor antisociaal gedrag. Deze mensen hebben behoefte aan een leidinggevende die hen respectvol behandelt en betrouwbaar en consistent is. Wanneer hieraan wordt voldaan, zijn ze zeer loyaal.

Casus 1: monteur Jan

Jan zit al enkele maanden in de ziektewet. Hij werkt als monteur en voelt zich buitengesloten door zijn collega’s. Hij ervaart veel onrecht, wat meermaals tot woede-uitbarstingen heeft geleid. Zijn leidinggevende heeft hem laten weten dat dit niet getolereerd wordt en hem een volgende keer te ontslaan. De bedrijfsarts neemt contact op met de leidinggevende en adviseert iets aan de pestcultuur te doen. Nadat hier aandacht voor is geweest op de afdeling en Jan zich meer serieus genomen en geaccepteerd voelt, heeft hij zich beter onder controle en is hij weer gemotiveerd aan het werk.

Onvermogen tot wederkerigheid

Een tweede dynamiek komt voort uit een verminderd besef van de gevoelens en verwachtingen van anderen. De oorzaak voor dit gebrekkige inschattingsvermogen kan liggen in affectieve verwaarlozing in de jeugd waardoor iemand niet geleerd heeft behoeftes van anderen goed in te schatten. Daarnaast kan ook een hoge mate van impulsiviteit meespelen waardoor de aandacht niet goed op sociale situaties gericht wordt.
In werksituaties met weinig structuur en prikkels, kunnen deze mensen antisociaal gedrag vertonen in de vorm van impulsief, chaotisch gedrag en te weinig rekening houden belangen van anderen. In werksituaties waar aan de prikkelbehoefte wordt voldaan en een leidinggevende op een respectvolle maar duidelijke manier structuur biedt, kunnen deze mensen juist goed tot hun recht komen, hard werken en bovendien laten zien dat ze over humor en creativiteit beschikken.

Casus 2: teamleider Dennis

Dennis is onderhoudsmonteur en als teamleider ook verantwoordelijk voor de planning. Hij vergeet soms afspraken en wordt boos als hij daarop aangesproken wordt. Ook kan hij nors of agressief uit de hoek komen. Dit leidt tot hoogoplopende spanningen en escalaties met collega’s. Na zijn ziekmelding bespreekt de bedrijfsarts met de werkgever hoe zijn taken beter te structureren waardoor dit niet meer tot problemen leidt. Daarnaast wordt hem geadviseerd om via de huisarts hulp te zoeken bij zijn agressieregulatieproblemen. Dennis herkent dat dit niet alleen op het werk speelt en meldt zich hiervoor aan.

Onwil tot wederkerigheid

Tenslotte is er nog een dynamiek waarbij mensen wel in staat zijn de gevoelens van anderen in te schatten, maar minder bereid zijn om daar rekening mee te houden, met name als dat het bereiken van hun eigen doelen in de weg staat. Deze mensen zijn snel verveeld, hebben veel behoefte aan spanning en sensatie en zijn minder in staat tot empathie. Op het werk kunnen ze gemakkelijk onderprikkeld raken. Ze gedijen goed in risicovol werk en kunnen daarin vanwege hun lage angstniveau bovengemiddeld presteren. Het is ook belangrijk dat er niet te veel sociale activiteiten zijn. Een leidinggevende die duidelijk is over wat er verwacht wordt en zich niet veel met de uitvoering bemoeit, sluit het beste aan.

Casus 3: Victor loopt vast

Victor loopt vast in zijn werk als logistiek manager. Hij heeft zijn baan bij defensie hiervoor verlaten omdat hij hier meer kon verdienen. Victor vindt het werk saai en krijgt stress door de verveling. Hij meldt zich ziek met depressieve klachten. In een gesprek met de bedrijfsarts ziet hij in dat deze baan niet bij hem past en hij beter terug kan gaan naar defensie.

Bejegening

In contact met deze doelgroep is het belangrijk om de goede toon te treffen omdat dat de kans op samenwerking en re-integratie groter maakt. Hoewel mensen die antisociaal gedrag vertonen wellicht oproepen om ze vanuit een ‘bovenpositie’ te benaderen, is dat nu juist wat bij hen agressie en wantrouwen triggert. Het roept bedreiging of onrecht op, waardoor zij in een tegenaanval gaan. Uit onderzoek naar optimale samenwerking met antisociale persoonlijkheidsproblematiek blijken de volgende aandachtspunten belangrijk voor bedrijfs- en verzekeringsartsen.1,3
Omdat ze weinig vertrouwen hebben in autoriteit en instanties, is het belangrijk om hun kant van het verhaal te horen als het gaat om ziektebeleving of een arbeidsconflict. Probeer daarbij zoveel mogelijk gelijkwaardig en menselijk contact te maken en niet in formele, procedurele taal te vervallen. Wees duidelijk over wat iemand kan verwachten. Het wantrouwen kan snel toenemen als er dingen onduidelijk blijven of beloftes niet worden nagekomen.
Minstens zo belangrijk is het voorkomen van uitval en escalatie op de werkvloer. Wanneer mensen met antisociale problematiek eenmaal uitgevallen zijn, is de kans op herstel van het contact aanzienlijk gedaald. Kortom, preventie is uitermate belangrijk. Binnen bepaalde sectoren zijn meer mensen met antisociale problematiek dan in andere. Tijdig interveniëren zou veel problemen op de werkvloer, maar ook agressie in de spreekkamer, kunnen voorkomen. Het adviseren van werkgevers over deze problematiek en de achtergrond ervan, is een belangrijke taak voor bedrijfsartsen.
‘Het voorkomen van uitval en escalatie is belangrijk’

Aandachtspunten voor bedrijfs- en verzekeringsarts

1. Heb aandacht voor de juiste bejegening van mensen met een antisociale problematiek én
2. adviseer werkgevers over hoe de samenwerking na ziekte of een arbeidsconflict weer te herstellen én
3. zet vol in op preventie.
Dit kan dit veel agressie en uitval voorkomen.

Succesverhaal*

Stef is een jongen van 17 die werkt in de staalbouw. Hij kampt met forse verslavingsproblematiek waardoor hij telkens fouten maakt, agressieve uitbarstingen heeft of tijdelijk uitvalt. Zijn werkgever heeft al meerdere gesprekken met hem gehad. Stef blijk veel ellende te hebben meegemaakt waardoor het hem zelf niet lukt om zijn verslavingsproblemen onder controle te krijgen. In plaats van ontslag besluit de werkgever Stef op zijn kosten naar een kliniek in het buitenland te sturen waar hij succesvol behandeld wordt. Stef voelt zich gezien en serieus genomen en is nu een van de meest loyale en hardwerkende werknemers van het bedrijf.
*met dank aan F. van der Sloot, werkgever

Referenties

1. Rijckmans MJN, Dam A van, Bosch L van den (eds). Praktijkboek antisociaal gedrag en persoonlijkheidsproblematiek. Houten: Bohn Stafleu van Loghum; 2020.

2. De Wit-de Visser DW, Rijckmans MJN, Vermunt JK, Van Dam A (2023). Pathways to antisocial behavior: a framework to improve diagnostics and tailor therapeutic interventions. Front. Psychol. doi: 10.3389/fpsyg.2023.993090

3. Aerts J, Rijckmans MJN, Bogaerts S, van Dam A (2023). Establishing an optimal working relationship with patients with an antisocial personality disorder. Aspects and processes in the therapeutic alliance. Psychol. Psychother. Theory Res. Pract. 999-1014. doi: 10.1111/papt.12492

Arno van Dam is bijzonder hoogleraar Antisociaal gedrag bij Tranzo, Tilburg University en klinisch psycholoog bij GGZ WNB, Roosendaal  a.vandam@ggzwnb.nl

Madeleine Rijckmans is clinical assistant professor forensic psychology bij Tilburg University en psychotherapeut/GZ-psycholoog bij Fivoor.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen
account, maak dan hieronder een account aan.
Lees ook de spelregels.