I'm in the business of people, not people as business. Met deze overtuiging in mijn dokterstas meldde ik me aan voor de expertgroep voor de BAR. Dat de mening van de werknemer daarin een plek zou krijgen trok me over de streep. Want we versterken gezond en veilig gedrag door te starten bij werknemer en werkgever.
Het is niet de eerste keer dat ik met grote dromen ergens instap. Het is wie ik ben, het maakt me tot wie ik wil zijn. Hoopvol, verbindend, dromend, positief. Want hoe mooi zou het zijn als we een instrument in handen hebben dat ons helpt meer regie en kracht bij werknemer en werkgever te leggen?
Natuurlijk, before you realise it reality kicks in. Bij grote dromen hoort teleurstelling. En ik zal eerlijk zijn: gaandeweg het proces van de BAR groeide mijn deceptie. De werknemer speelde geen rol bij onze gesprekken die gingen over definities en de mate van normering.
Gelukkig ben ik door ervaring rijk geworden en is de dromer in mij sterker dan de teleurstelling. Probeer ik te zien wat er al van die dromen wél gerealiseerd is, ook al zijn we soms twee babystapjes op weg. Want ook voor de BAR geldt, er zijn stappen gezet. Er is een basis om op te bouwen. In de gezamenlijke intentieverklaring van 18 november 2021 over de BAR 1.0 lees ik bijvoorbeeld: ‘In het proces van verzuim en re-integratie is de bedrijfsarts, na uiteraard werkgever en werknemer zelf, als eerste aan zet.’ Wat betekent het voor de BAR als we op die basis verder bouwen en de zin radicaler maken? Dan krijg je dit: ‘Werknemer en werkgever zijn in het proces van verzuim en re-integratie als eerste aan zet. De bedrijfsarts schuift aan bij dat gesprek, met een brede verantwoordelijkheid voor adequate sociaal-medische begeleiding.‘
‘Wat als we het radicaler maken en zeggen: werknemer en werkgever zijn als eerste aan zet?’
In de BAR 1.0 hebben we onze onderlinge communicatie als uitgangspunt genomen. Dat betekent dat we aan begrijpelijkheid en bruikbaarheid te werken hebben voor werknemer en werkgever, zo staat ook in de intentieverklaring. Zijn we nog op tijd om dat om te draaien? Werknemers en werkgevers betrekken voordat we als professionals hebben besloten hoe wij onderling over de werknemer kunnen communiceren? Kunnen we dienstbaar zijn aan hen? En hun taal vertalen naar de onze, in plaats van andersom?
Dat is geen loze oproep. Die ligt in mijn andere grote dromen over hoe we de menselijke waarde van ons werk kunnen vergroten. Wanneer standaardisering geen tegenwicht krijgt van maatwerk voor de werknemer, krijgen we dienstverlening die alleen op business en marge gericht lijkt: people as business. Het is een oproep tot verdere vermenselijking van ons werk. The business of people.