De belangrijkste vormen van asbestkanker zijn mesothelioom en longkanker. De twee meest toegepaste soorten asbest in Nederland zijn chrysotiel (80-90%) en amfibool (10-20%). Inademing van amfibool-asbest geeft het hoogste risico op het krijgen van mesothelioom. Deze vorm van kanker ontstaat pas gemiddeld ongeveer 40 jaar na de blootstelling. Longkanker door asbest kan al vanaf 10 jaar na blootstelling ontstaan. Om te berekenen welk risico mensen in hun werk lopen, wordt alleen gekeken naar hoeveel asbest wordt ingeademd. Een korte blootstelling aan veel vezels geeft dan dezelfde kans op kanker als een langdurige blootstelling aan weinig vezels. Leeftijd op het moment van blootstelling wordt bij deze methode niet meegenomen. Het RIVM onderzocht of er reden is om deze methode aan te passen in het geval van kortdurende blootstelling aan te hoge concentraties asbest. Het RIVM concludeert dat de huidige methode in de meeste gevallen geschikt is om de kans op kanker bij een korte blootstelling aan te hoge concentraties asbest te bepalen. Alleen voor amfibool-asbest geldt dat ook de leeftijd waarop iemand wordt blootgesteld een rol speelt in de kans op kanker. Dat heeft te maken met de lange tijd (gemiddeld ongeveer 40 jaar) die het duurt voordat iemand ziek wordt. Zonder rekening te houden met leeftijd wordt de kans op kanker bij jonge werkenden te laag ingeschat en bij oudere werkenden te hoog.
RIVM-advies: Neem leeftijd mee in risicobepaling asbestkanker
Het duurt gemiddeld ongeveer 40 jaar voordat amfibool-asbest na inademing kan leiden tot borst- en longvlieskanker (mesothelioom). Leeftijd op het moment van blootstelling is dan ook van invloed op de kans dat er (nog) kanker kan ontstaan. Toch wordt leeftijd niet meegewogen in de risicobepaling. Dat moet anders, zo adviseert het RIVM in haar rapport ‘Risicobepaling van een kortdurende beroepsmatige blootstelling aan asbest'.