De onderzoekers deden een kwalitatief onderzoek gedaan dat verkennend van aard is. In twee focusgroepgesprekken werden in totaal tien (bedrijfs)artsen geïnterviewd die minstens een jaar ervaring hebben in het samenwerken met een praktijkondersteuner-bedrijfsarts (POB). Tijdens deze semi-gestructureerde interviews is gebruik gemaakt van een topic list. Voorafgaand is de procedure en het doel van het onderzoek besproken en informed consent gevraagd. De gesprekken zijn getranscribeerd en gecodeerd. Consensus over de codes, categorieën en thema’s werd bereikt in overleg tussen de onderzoeker en de begeleider.
Na het open coderen en categoriseren zijn vier thema’s gedefinieerd. Deze zijn de interactie, de voorwaarden voor samenwerking, de kenmerken van de praktijkondersteuner en de meerwaarde van de samenwerking. Voor het werkplezier van de (bedrijfs)arts is het belangrijk dat er een goede interactie is met de praktijkondersteuner. Er moet een klik zijn en wederzijds vertrouwen. Ook de visie moet op één lijn liggen. Als belangrijkste voorwaarden wordt aangegeven om met maximaal twee tot drie praktijkondersteuners samen te werken, dat er voldoende tijd is en goede afspraken zijn ten aanzien van overleg. Het is belangrijk dat de praktijkondersteuner bij voorkeur een medische achtergrond heeft en een BIG-registratie heeft. De meerwaarde zit vooral in aanvullende informatie die de praktijkondersteuner op kan halen en het werken in een team kan de kwaliteit van dienstverlening verhogen.
De samenwerking tussen (bedrijfs)arts en praktijkondersteuner verhoogt het werkplezier van de (bedrijfs)arts indien er goed rekening gehouden wordt met de voorwaarden voor een goede samenwerking tussen beiden. Allereerst dient er een ‘klik’ te zijn. Daarnaast moeten de onderlinge afspraken helder en duidelijk zijn en moet hiervoor voldoende tijd zijn. Het heeft de voorkeur dat de praktijkondersteuner een medische achtergrond heeft, BIG-geregistreerd is een teamplayer is.
Voor het hele onderzoek, klik hier.