Zowel op het werk als in de vrijetijd is de noise cancelling koptelefoon de afgelopen jaren helemaal ingeburgerd. De voordelen zijn evident: je hebt minder last van omgevingsgeluiden waardoor je je beter kunt concentreren. Ook beschermt de koptelefoon het gehoor (tot op zekere hoogte) tegen te hard geluid. Maar er zijn ook nadelen, stelt neurobioloog Brankele Frank op NPO Radio1.
‘Eigenlijk maken de noise cancelling koptelefoons je belevingswereld té stil’, zegt Brankele Frank. ‘Je hebt omgevingsgeluid – bijvoorbeeld in het verkeer – nodig om je te oriënteren. Als er heel veel stilte klinkt en je geen omgevingsgeluid meer hoort, dan raken je hersenen daar een beetje van de leg van. Dus die gaan hun interne versterker weer aanpassen zodat je die geluiden sterker hoort. Als je die koptelefoon dan weer afzet, ben je gevoeliger geworden voor geluid. En dan kan je er hoofdpijn, duizeligheid, een soort vermoeide oren en tinnitus van krijgen.’
